Pogona Vitticeps

Verzorging van de jonge baardagaam

De verzorging bestaat uit de juiste voeding in de juiste hoeveelheden en ook aandacht. Observeer de baardagamen goed, zodat je snel opmerkt of er iets mis is. Zorg dat er hygiënisch wordt gewerkt. Als de dieren vanaf de geboorte veel contact hebben met mensen en veel gehanteerd worden, is de kans groter dat de baardagamen enigszins tam worden.

Zodra de jongen geboren zijn doen ze veel indrukken op uit de omgeving. Zorg ervoor dat zoveel mogelijk van deze eerste indrukken prettig zijn. Ze moeten nog veel leren. Anders dan in het wild hebben de baardjes in gevangenschap, in de eerste levensfase de mogelijkheid om van elkaar te leren. Daarnaast hebben de dieren veel gedragingen al in zich (instinct). Dit is vanaf de geboorte aanwezig. Als ze uit het ei kruipen zijn het eigenlijk gewoon kleinere versies.

Na ongeveer 8 weken oud kunnen de jonge baardagamen worden verkocht. Koop en verkoop nooit baardagamen die jonger zijn dan 8 weken oud. Pas als de dieren ouder dan 8 weken zijn is het verantwoord om het dier te vervoeren. Voor deze leeftijd kan het veel stress opleveren, wat zelfs schadelijk is voor de jonge dieren. Probeer de nieuwe omgeving zoveel mogelijk aan te laten sluiten op de oude omgeving om zo stress te voorkomen. Heb je net een jong baardagaam gekocht kan het voor komen dat ze in het begin weinig wil eten omdat alles nieuw is en ze moeten wennen.  

Huisvesting

De eerste week worden de baardagamen op goed absorberend, stevig keukenpapier gehouden. Dit is aan de randen vastgeplakt aan de bodem om te voorkomen dat de baardjes en de voedseldieren er onder kruipen. Pas als de navelstreng is dichtgegroeid/afgevallen (± 3 dagen) kunnen ze op ander bodembedekking worden geplaatst.

De eerste week (weken) verblijven ze in een vrij klein terrarium. Dit om verwondingen te voorkomen. Wanneer de baardjes veel ruimte hebben om te sprinten, kunnen ze met de kopjes heel hart tegen het glas rennen, wat letsel kan veroorzaken. Wanneer de jongen groten worden kunnen ze het beste worden overgeplaatst naar een groter terrarium. Pas op met een te klein terrarium ook als ze jong zijn kunnen ze vechten en dat gevecht kan leiden tot het verlies van staarten of teentjes.  

Voeding bij jonge baardagamen

Over het algemeen gaan de jonge beginnen de jonge na ± 3 dagen na de geboorte te eten. Dit kan natuurlijk ook al veel eerder zijn. Biedt de jongen vanaf de geboorte dierlijk en plantaardig voedsel aan. Het liefst eten ze 3 x per dag. Naarmate ze ouder worden kan dit langzaam minder worden. De jonge baardagamen mogen in principe zoveel eten als ze willen. Ze moeten immers nog groeien. Naarmate ze groter worden moet je wel gaan opletten met de hoeveelheden.

Biedt  vanaf de eerste dag levend (en groen) voer aan, sommige zijn er vlot bij en proberen al voorzichtig te happen. Het beste is om de baardjes 3 x per dag levend voedsel aan te bieden. Naarmate ze ouder worden kan er langzaam minder vaak gevoerd worden. De jonge baardagamen mogen in principe zoveel eten als ze willen. Ze moeten immers nog groeien. Naarmate ze groter worden moet je wel gaan opletten met de hoeveelheden. (laat nooit voedseldieren achter in het terrarium die niet meer opgegeten worden).

We horen vaak dat mensen moeite hebben met hun Baardagaam groente te leren eten. Dit is iets wat van jongs af aan aangeleerd kan worden. Als ze van jongs af aan veel verschillende dingen eten zullen ze dit op latere leeftijd ook sneller blijven doen. 

Baardagamen schijnen van lekker zoet en kleurrijk voedsel te houden, dus biedt dit ook veel aan zodat ze snel variërend voedsel leren eten. Zorg dat het voedsel klein genoeg is, zodat ze het met gemak kunnen eten. Zorg dat de voerbakjes groot genoeg zijn, zodat alle baardjes er bij kunnen en er geen concurrentie ontstaat.

Ook moet op de grootte van de voedseldieren gelet worden. Een goede maatstaf is; het voedseldier mag niet groter zijn dan de afstand tussen de ogen op de kop. Voedsel dat te groot is kan immers leiden tot verstikking en darmverstopping, gewoonweg omdat grote hoeveelheden niet verteerd kunnen worden. Dit kan zelfs uiteindelijk leiden tot de dood. Daarnaast kunnen sommige baardjes bang worden voor grote insecten. Laat de insecten daarom ook nooit in het terrarium bij de jongen lopen. Daarnaast kunnen de voedseldieren de baardjes beschadigen/aanvreten. Zodra een baardje eenmaal angst heeft ontwikkeld, kan het soms even duren voor hij weer rustig wordt in het bijzijn van voedseldieren.

Zorg dat alle baardagamen genoeg voeding binnen krijgen. Mocht het voorkomen dat er een paar achterblijvertjes zijn (vaak wel in elk legsel), kun je er evt. voor kiezen om deze extra bij te voeren. Probeer ze met en pincet voedsel aan te bieden. Wil echt niets meer helpen kun je ze met de hand bijvoeren met een papje van b.v. nurti burt. Nutri burt is een opfokvoer voor pasgeboren vogels (parkieten) Dit is lekker zoet van smaak en kan lauw gegeven worden via een pipet. Wanneer je druppeltjes op de rand van het bekje toebrengt, zullen de meeste baardjes het vanzelf oplikken. De jonge baardagaam moet dan snel weer zelf gaan eten. Blijf niet zelf proberen, zoek een dierenarts of kenner in jou buurt voor hulp. (Lees meer over voeding voor de baardagaam.)

Waterbehoefte 

De waterbehoefte van jonge Baardagamen; De jonge baardjes moeten 2 x per dag gesproeid worden, tot ze groot genoeg zijn (paar maanden) voor een waterbak. Bij jonge baardjes mag nooit een waterbakje geplaatst worden, omdat de baardjes hier gemakkelijk in kunnen verdrinken (lees meer over de waterbehoefte van de baardagaam).